Steunfonds Rechtensector kan van start met 10 miljoen euro
Initiatiefnemer Federatie Auteursrechtbelangen is blij met de toezegging van minister Van Engelshoven dat zij 5 miljoen euro aan het Steunfonds Rechtensector beschikbaar zal stellen. Dit fonds beoogt de eerste nood bij professionals in de creatieve industrie die het zwaarst getroffen zijn door de coronacrisis, te verlichten. Voor dit Steunfonds is door deze privaat-publieke samenwerking 10 miljoen euro beschikbaar.
De Federatie Auteursrechtbelangen, met de drie aangesloten koepels Platform Makers, Platform Creatieve Media Industrie (PCMI) en de vereniging van collectieve beheersorganisaties (VOI©E), heeft het initiatief genomen om rechthebbenden in de rechtensector financieel bij te staan nu activiteiten waaraan zij inkomsten plegen te ontlenen stil zijn gevallen als gevolg van de COVID-19 maatregelen die de overheid heeft moeten treffen.
Al bekend was het initiatief voor een Noodfonds Muziek, een samenwerking tussen Buma/Stemra en Sena, waaraan ook Spotify bijdraagt. Maar ook organisaties van makers van audiovisuele werken, van schrijvers en van makers van beeld nemen deel. De collectieve beheersorganisaties Buma/Stemra, Sena, NORMA, LIRA, VEVAM en Pictoright dragen zorg voor de private financiering van het fonds met 5 miljoen euro.
De minister van OCW heeft de verantwoordelijkheid die de sector hierin heeft genomen zodanig gewaardeerd dat zij vandaag bekend heeft gemaakt dat zij dit bedrag zal verdubbelen uit de 300 miljoen euro die extra beschikbaar is gekomen voor de culturele sector. Het doel van de overheidsbijdrage is om het creatieve proces van de totstandbrenging van (nieuwe) werken (boeken, journalistieke werken, beeld, muziek en films) te stimuleren.
Het Steunfonds Rechtensector wordt op dit moment nader uitgewerkt door de Federatie Auteursrechtbelangen en de betrokken collectieve beheersorganisaties. Voor de uitvoering staan diverse sociaal-culturele fondsen van deze organisaties klaar. De uitvoering van het onderdeel Noodfonds Muziek zal vandaag reeds van start gaan. Op www.auteursrecht.nl/federatie is meer informatie te vinden over de manier waarop te werk zal worden gegaan.
Volgens de voorzitters van de bij de Federatie aangesloten organisaties, Erwin Angad-Gaur (Platform Makers), Paul Solleveld (Platform Creatieve Media Industrie) en Fred Teeven (VOI©E) heeft de sector hiermee gedaan wat het uit eigen middelen kan, ondanks de aanzienlijke schade die wordt geleden. Zij zijn de minister erkentelijk voor de wezenlijke bijdrage om de rechtensector additioneel bij te staan.
Fred Teeven (voorzitter VOI©E): “Wij beschouwen de bijdrage van de minister ook als erkenning van de rol van collectieve beheersorganisaties, die het mogelijk maakt maatwerk te verrichten in de verschillende deelsectoren. In toezicht- of bestuursorganen van de collectief beheersorganisaties zitten rechthebbenden zelf aan het roer: zij kunnen bij uitstek bepalen hoe de middelen het meest doelmatig besteed kunnen worden.”
Erwin Angad-Gaur (voorzitter Platform Makers): “Op meer dan honderdduizend getroffen zzp’ers in de cultuursector kan 10 miljoen euro de nood uiteraard bij lange na niet ledigen. Toch hopen wij hiermee een klein verschil te kunnen maken door makers in staat te stellen te blijven creëren en te werken aan een herstart van de sector. Door gericht en met oog voor diversiteit in meerdere projecten en fondsen bijdragen te bieden. Belangrijk is ook de erkenning van de Minister dat de makers zelf, vaak werkzaam buiten de gesubsidieerde sectoren, additionele steun verdienen en nodig hebben. Die erkenning zal ook in het vervolg van groot belang zijn.”
Paul Solleveld (voorzitter PCMI): “De schade in onze sector, die voor een groot deel volledig is stilgevallen, is enorm. Onze achterban begrijpt dat maatregelen die onder meer de live sector voor lange tijd stilleggen onvermijdelijk zijn, maar steun in de rug is absoluut noodzakelijk om onze sector in staat te stellen na de crisis door te functioneren. Een sector die tenslotte niet alleen voor ons, maar voor de hele Nederlandse economie van groot belang is. Wij zijn de minister daarom erkentelijk dat zij het voortgaan van het creatieve proces en daarmee de makers en hun economische partners op deze wijze mede wil stimuleren.”